Belastinghandleiding voor lokale werknemers en suppletiegerechtigden

Bij lokale werknemers die werken voor een vertegenwoordiging van het Koninkrijk in het buitenland en bij suppletiegerechtigden (oud-werknemers of nabestaanden) kunnen vragen ontstaan over de belastingplicht. Begrijpelijke vragen, die niet altijd zo makkelijk zijn te beantwoorden vanwege de complexiteit. De “Belastinghandleiding voor lokale werknemers en suppletiegerechtigden” kan hierbij helpen. In de hand-out “Belastingen bij lokale werknemers en suppletiegerechtigden” wordt de materie op hoofdlijnen uitgelegd.

Over de Belastinghandleiding

Om te beginnen staat de volgende vraag centraal: in welk land is belasting verschuldigd? Vervolgens is de vraag: hoe verloopt de belastingheffing dan? Deze en vele andere vragen worden beantwoord in de belastinghandleiding voor lokale werknemers en suppletiegerechtigden. Deze handleiding verschijnt ook in het Engels, Frans, Duits en Spaans.

Belastingheffing kent een eigen taalgebruik (vakjargon). In de belastinghandleiding is geprobeerd de termen die de Nederlandse wetgever hanteert in een begrijpelijke vorm uit te leggen. Ook zijn er enkele voorbeelden opgenomen ter verduidelijking.

In de handleiding wordt niet ingegaan op het belastingstelsel van het land waar u woont en werkt. Informatie over lokale wetgeving kunt u het beste lokaal inwinnen. Zo nodig kan de operationeel manager (OM’er) van uw post hierbij helpen.

In de bijlagen van de belastinghandleiding zijn lijsten opgenomen van landen waarmee Nederland een belastingverdrag heeft gesloten en waarmee momenteel wordt onderhandeld over het wijzigen van een bestaand verdrag of het sluiten van een nieuw belastingverdrag. De afzonderlijke belastingverdragen zijn via hyperlinks in de overeengekomen verdragstalen in te zien; het betreft openbare informatie. Ook zijn in de bijlagen de relevante bepalingen uit de Rechtspositieregeling lokale werknemers 2020 opgenomen.

Waar bent u belastingplichtig?

Lokale werknemers zijn buiten Nederland op een Nederlandse ambassade, consulaat of permanente vertegenwoordiging (post) werkzaam als overheidswerknemer op arbeidsovereenkomst naar lokaal recht met de Staat der Nederlanden. Deze overheidswerkgever heeft in het internationale belastingrecht een bijzondere positie. De fiscale behandeling van lokale werknemers is daarom anders dan die van andere werknemers in het betreffende land. En ook anders dan die van op de posten werkzame uitgezonden ambtenaren van de Staat der Nederlanden. Daarin kan BZ als werkgever geen verandering brengen.

Bij lokale werknemers zullen normaliter zowel de lokale als de Nederlandse belastingdienst belasting willen heffen over het loon. Dat is ook zo bij het ontvangen van suppletie-uitkeringen als oud-werknemer of nabestaande. Het is uiteraard erg vervelend als daardoor dubbele belastingdruk optreedt. Nederland is al vele jaren bezig hierin verandering te brengen. Dat doet Nederland door het actief sluiten van bilaterale belastingverdragen en het maken van reciprociteitsafspraken. In de belastinghandleiding wordt uitgelegd wat dit betekent voor u.

Indien u zowel lokaal als in Nederland belastingplichtig bent, neemt uw werkgever de in Nederland verschuldigde loonbelasting voor zijn rekening. Alleen de lokaal verschuldigde loonbelasting komt dan voor uw rekening. Zie daarvoor de Rechtspositieregeling lokale werknemers 2020 (RLW 2020) en de voor uw post geldende postuitwerking.

Voorkoming dubbele belasting

Nederland heeft in de loop der jaren met meer dan 90 landen belastingverdragen gesloten ter voorkoming van dubbele belasting en ter vermijding van het ontgaan van belasting. In deze belastingverdragen wordt het heffingsrecht verdeeld tussen de landen onderling die het verdrag hebben gesloten.

In nieuwe belastingverdragen wordt het heffingsrecht van beloningen van overheidswerknemers meestal toegewezen aan één land. Het andere land mag dan over die beloningen geen belasting heffen of slechts beperkt.

In oudere belastingverdragen is echter niet exclusief aan één bepaald land het heffingsrecht toegewezen. Daardoor heft het andere land in de praktijk soms ook belasting over het loon. Dat is uiteraard erg vervelend. Veelal zal in het verdrag een methode zijn opgenomen hoe de dubbele belasting in het woonland wordt voorkomen. Helaas werkt dit door tariefverschillen in de verschillende landen niet altijd volledig door. BZ als werkgever heeft hierop geen invloed.

Momenteel wordt door Nederland onderhandeld met een aantal landen om bestaande belastingverdragen te wijzigen. Bovendien is het streven om met landen waarvoor nog geen verdrag is gesloten ook tot een verdrag te komen. De huidige belastingsituatie kan daardoor veranderen in de komende jaren. Het is een dynamisch proces dat in de meeste gevallen vele jaren doorlooptijd kent.

Loonbelasting en inkomstenbelasting

Loonbelasting is een belasting over het loon die door de werkgever op het loon wordt ingehouden en wordt afgedragen aan de Belastingdienst. Inkomstenbelasting is een belasting over belaste inkomsten. Dit omvat niet alleen het loon, maar ook andere inkomsten- en vermogensbestanddelen.

Werkgevers hebben te maken met loonbelasting. Werknemers soms ook, maar daarnaast veelal met inkomstenbelasting; soms lokaal, soms in Nederland en soms in beide landen. De werkgever heeft geen betrokkenheid bij inkomstenbelasting. Toch wordt in de belastinghandleiding aan enkele aspecten van inkomstenbelasting aandacht besteed. Loonbelasting is immers een voorheffing op inkomstenbelasting. Dit betekent overigens niet dat een werknemer of suppletiegerechtigde waarvoor in Nederland loonbelasting wordt afgedragen nu standaard te maken krijgt met Nederlandse inkomstenbelasting. Slechts een klein deel van de in Nederland loonbelastingplichtige werknemers moet in Nederland aangifte inkomstenbelasting doen.

In de belastinghandleiding wordt enkele keren ingegaan op de sociale zekerheid. Niet diepgaand, maar meer als indicatie om het effect op het Nederlandse loonbegrip te verduidelijken. In Nederland verstaan we onder loon al hetgeen uit tegenwoordige of vroegere arbeid wordt genoten. Dat is dus veel ruimer dan het maandloon dat aan u wordt toegekend voor het verrichten van de arbeid. Zo worden bepaalde vergoedingen en bepaalde premies sociale zekerheid tot het Nederlandse loonbegrip gerekend. Dit vormt de grondslag voor de berekening van de verschuldigde Nederlandse loonbelasting. Hierdoor ontstaan in de praktijk verschillen met het lokale loonbegrip. Dat komt wellicht vreemd over, maar is te verklaren. Ieder land is vrij in het bepalen van het eigen loonbegrip.

Nog vragen?

Heeft u na het lezen van de belastinghandleiding nog vragen, dan kunt u hiervoor contact opnemen met de operationeel manager (OM‘er) op uw post. De OM‘er kan bij complexe vragen contact opnemen met 3W.

Bij concrete persoonlijke vragen zijn ook verschillende instanties benaderbaar. In de laatste bijlage van de handleiding staan de contactgegevens en vindplaatsen van algemene informatie opgenomen.

  • Voor algemene belastingvragen bij Nederlandse belastingplicht is er de Nederlandse BelastingTelefoon (0800-0543). Die is vanuit het buitenland direct te benaderen door doorschakelingen in de BZ-telefooncentrale via de BZ-telefoonnummers: +31 703 484 030 en +31 703 484 130.
  • De Belastingdienst Buitenland is bereikbaar via telefoonnummer: +31 555 385 385. Zij zijn er voor al uw vragen als buitenlandse belastingplichtige over de Nederlandse inkomstenbelasting. Meld altijd duidelijk dat u op arbeidsovereenkomst met de Staat der Nederlanden naar lokaal recht in het buitenland werkzaam bent, dan wel suppletiegerechtigde bent, en dat u geen uitgezonden ambtenaar bent. Ook is het verstandig om uw burgerservicenummer (BSN) bij de hand te hebben. Uw BSN staat op uw jaaropgaaf die u jaarlijks ontvangt als u in Nederland loonbelastingplichtig bent.